longeren

Je hoeft niet altijd op je paard te rijden. Je kunt hem ook longeren.

Hiervoor doe je je paard zijn hoofdstel aan. Je hebt een longeerlijn en een zweep nodig. 

De longeerlijn rol je eerst op met grote lussen en je stopt je hand door de lus die aan het einde zit. Je doet het begin door het bit , onder zijn kin door en zet hem vast aan de andere kant van zijn bit.

Dan houd je de lijn in de hand het dichtste bij zijn mond en de lus en de zweep houd je in je andere hand. De teugels doe je door zijn keelriem.

Als je gaat wegstoppen ga je tegenover hem staan,face to face, en dan stap je naar achteren.

Je tikt met de zweep tegen zijn bil zodat hij weet dat hij moet lopen.

Je zorgt dat je een pizzapunt maakt. Iets achter zijn hoofd en de zweep achter zijn billen.

Je gaat ongeveer tien minuten stappen, daarna mag je gaan draven en galopperen. Je kunt ook oefeningen doen aan de longe. 

Je moet alles aan twee kanten doen. wissel de longe en de zweep ook om.

Als je klaar bent leg je de zweep op de grond en dan kort je de lijn in. Je zegt op een vriendelijke toon:Kom maar. Het paard zal naar je toe komen. Dan beloon je hem voor het werk.