paard opzadelen
Ik rijd al heel lang paard. In het begin vond ik opzadelen verschrikkkelijk moeilijk. Ik moest hierbij geholpen worden.
Zo heb ik het geleerd:
Als je gaat paardrijden moet je eerst je paard opzadelen. Dat doe je altijd aan de linkerkant. Die gewoonte bestaat al sinds de middeleeuwen. De ridder had zijn zwaard aan zijn linkerkant dus stapte hij links op.
Als je het paard helemaal goed gepoetst hebt leg ik eerst het dekje op zijn rug. Dat dekje leg ik ietsjes verder naar voren op zijn schoft. Dan leg ik het zadel op zijn rug. Ik zorg natuurlijk dat er niks dubbel zit.Dan trek ik het dekje omhoog zodat het dekje in de kamer zit. Dat is de voorkant van het zadel. Dan schuif ik het zadel terug en dan liggen alle haren plat. Zo krijg je geen wondjes of drukplekken.
Dan maak ik de banden van het dekje aan het zadel vast. Dan ga ik aansingelen. Ik singel het paard aan. Ik doe dit gaatje voor gaatje aan. Er moet een hand tussen de singel en de hand kunnen. Het paard kan geirriteerd raken en gaan bijten. Daarom moet ik rustig te werk gaan. Het paard kan ook zijn buik uitzetten. Als hij dat doet moet ik het voordat ik opstap nog een keer nasingelen. Als ik dat doe , doe ik een arm in de teugel zodat hij niet weg kan lopen. Als hij een paar rondjes heeft gelopen kun ik hem beter nog een keer nasingelen.
Als ik het hoofdstel aandoe , doe ik zijn halster uit en schuif het naar achter zodat het paard vast blijft staan. Dan pak ik met je rechterhand zijn neus en met mijn hand de bakstukken van het hoofdstel. Met je rechterhand pak ik het bit vast en ik druk met mijn duim in zijn mondhoeken. Zijn mond gaat nu vanzelf open. Het kopstuk trek ik over zijn oren en dan maak ik de riemen vast. Tussen de keelriem en het paard moet een vuist en tussen de neusriem en het paard moet een vinger. Een neusriem doe ik onder de riemen door anders kun ik niet sturen.
Reacties
Een reactie posten